Judith Winterkamp 300x200

Interview schrijftrainer Judith Winterkamp

Bij een spelfout kan de lezer de indruk krijgen dat de schrijver niet zorgvuldig is geweest. Daar begint de twijfel.

Judith WinterkampTijdens het Secretaressecongres geeft schrijftrainer en -coach Judith Winterkamp de workshop Kei in Taal. Tijdens deze interactieve workshop fris je je kennis van de Nederlandse taal op en leer je de belangrijkste spellingregels. Ook krijg je een handig naslagwerk mee en tips & trucs om je kennis up to date te houden. “Spelling hoeft geen kwelling te zijn. Tenminste, als je de belangrijkste regels kent”, is Judith’s overtuiging. Maar hoeveel waarde hechten we nog aan foutloos Nederlands?

Tekst Ellen Smink

Onlangs vertelde een medisch secretaresse in deze nieuwsbrief dat de brieven met informatie van de specialist zonder tussenkomst van de secretaresse naar de huisartsen gaan. Ze heeft het opgegeven om zich nog druk te maken over de spelfouten die er soms in zitten, omdat het: “blijkbaar geaccepteerd is”. Als de brieven van degene waarvoor je werkt met taalfouten de deur uit mogen, waarom zou je als secretaresse dan nog een Kei in Taal willen zijn? 
“Een heel menselijke en begrijpelijke gedachte: waarom zou jij je best doen als een ander de spellingregels aan zijn laars lapt? Ik bekijk het liever zo: alles wat ik verstuur, daar wil ik achter staan. Ik hecht er waarde aan om mijn lezer op een correcte manier aan te spreken, dus in een mail die duidelijk, prettig leesbaar en zonder fouten is. Ik geloof overigens niet dat het geaccepteerd is dat we brieven met taalfouten versturen. Ik kom bij veel organisaties, profit en non-profit om medewerkers te trainen prettig leesbare en foutloze teksten te schrijven. Die organisaties blijven zich inzetten om met klanten, patiënten zijn ook klanten, correct en met respect te communiceren. Mondeling en schriftelijk.”

“Als een patiënt net een slechte dag heeft of een vervelende boodschap heeft gekregen, dan kan een taalfout een heel negatief effect hebben.”

 

Persoonlijk krijg ik bij het zien van spelfouten altijd het gevoel dat de tekst even snel is gemaakt en dat ik er niet zo toe doe. Hoe belangrijk is het voor een patiënt om een foutloze mail of brief te ontvangen?
“Als je een brief of mail krijgt, dan wil je erop vertrouwen dat de schrijver de tekst met zorg heeft geschreven. Dat geldt natuurlijk in de eerste plaats voor de inhoud. Die moet kloppen. Staat er een spelfout in, dan kan de lezer inderdaad de indruk krijgen dat de schrijver niet zorgvuldig is geweest. Daar begint de twijfel. Als er fouten in de tekst staan, kan de lezer er dan nog op vertrouwen dat de inhoud klopt?
In mondelinge communicatie kun je met een grap of blik een verkeerde naam of andere fout wegpoetsen. Die mogelijkheid heb je niet met een mail. Die tekst moet het zonder jouw vriendelijke ogen of aardige glimlach doen.
Wat ook meespeelt: je weet nooit hoe de ontvanger van jouw mail er op dat moment aan toe is. Misschien is hij in een opperbeste stemming. Dan zal een taalfout hem niet zo storen. Maar als een patiënt net een slechte dag heeft of een vervelende boodschap heeft gekregen, dan kan zo’n taalfout een heel negatief effect hebben.”

Uit onderzoeken blijkt dat lang niet alle kinderen op de basisschool het streefniveau Nederlands halen en dat dat op de middelbare school alleen maar erger wordt. Onlangs kwam de Onderwijsraad met een advies hoe het onderwijs de beheersing van taal duurzaam kan verbeteren. Zou het niet makkelijker zijn om, om te beginnen, de regels van het Groene Boekje te vereenvoudigen?
“Aan het begin van mijn carrière gaf ik Nederlands op een middelbare school. Toen pasten we de leerdoelen soms aan. Dat had maar even een positief effect op de resultaten van de leerlingen. Ik vrees dat hetzelfde gebeurt als de regels van de spelling worden vereenvoudigd. Het probleem is niet zozeer de regels. Het gaat erom of we de moeite willen doen de regels tot ons te nemen. Ik geef toe dat sommige regels best lastig zijn, of lijken. Maar met wat inzet, kun je ze leren. Fietsen, Excel gebruiken, Medisch Latijn leren … allemaal lastige dingen die we ook leren.”

“Het irriteert me wel als ik een mail krijg waarin iemand niet to the point is en ik omslachtige teksten moet verstouwen”

 

Op televisie en in andere media worden we steeds vaker met ‘je’ en ‘jullie’ aangesproken, ook als het gaat om een oudere doelgroep. Wat vind jij van deze ontwikkeling?
“Taal leeft. We kunnen dat niet tegenhouden. Het gebruik van ‘je’ kan beleefd en onbeleefd zijn. Net zo goed als het gebruik van ‘u’. Kies de aanspreekvorm die past bij jouw relatie met de lezer. Is dat een u-relatie, gebruik dan ‘u’. Is dat een je-relatie, dan is ‘je’ de juiste aanspreekvorm. Bij twijfel is ‘u’ het veiligst.”

Naast je workshop ‘Kei in Taal’ geef je tijdens het Secretaressecongres de workshop ‘Moderner Schrijven’. In de aankondiging lezen we dat we, om verbinding met de lezer te kunnen krijgen, onder andere eigentijdse woorden en zinnen moeten gebruiken. Leg dat eens uit?
“Jouw lezer wil door een mens aangesproken worden, niet door een ‘taalmachine’. Oubollige woorden, clichéformuleringen, hoogdravende zinnen … waar blijft de mens achter deze teksten? Die is er niet. De schrijver verschuilt zich achter mooischrijverij. Daar prikt een lezer zo doorheen. In de media lees je vaak dat iemand ‘authentiek’ is. Dat vinden we blijkbaar belangrijk. Dat geldt ook voor de schrijver van een brief of mail. Ik pleit overigens niet voor een ouwe-jongens-krentenbrood stijl. Schrijf je mail zoals je ook in een zakelijk gesprek met de lezer communiceert. Dan zit je meestal wel goed.”

Zo efficiënt mogelijk dus?
“Vaak wordt me gevraagd of ik me erger aan spelfouten in teksten. Mijn antwoord is dan heel duidelijk: ‘Nee.’ Mensen maken fouten. Dat overkomt iedereen. Het irriteert me wel als ik een mail krijg waarin iemand bijvoorbeeld niet to the point is en ik omslachtige teksten moet verstouwen. Dan denk ik: had zelf even goed nagedacht voordat je ging schrijven.”

BEN JIJ EEN KEI IN TAAL?
Doe de quiz en test jouw spellingskennis >>